vrijdag 7 november 2014

Het geleidelijkheidsprincipe

Het geleidelijkheidsprincipe



Op deze manier moet het vooral niet! Hercules wordt vanaf het begin in de moeilijke opdrachten geslingerd die hij absoluut nog niet aankan. Het volgende filmpje toont ons hoe we het beter kunnen aanpakken.


Dit is een handleiding om kinderen te leren fietsen, van makkelijk naar moeilijk.

Het geleidelijkheidsprincipe houdt in gradatie in je lessen voorziet. Het is gebaseerd op tussenstappen, om geleidelijk leerstof aan te brengen. Structuur is nodig, bijvoorbeeld door middel van een bordschema. Ook het leertempo is belangrijk, niet te snel en niet te traag.


Er zijn vier aspecten van het geleidelijkheidsprincipe:

- van concreet naar abstract:

Aansluitend aan het aanschouwelijkheidsprincipe.

van gemakkelijk naar moeilijk:

Eerst leerinhouden analyseren en ze in kleine stapjes aan de leerlingen aanbieden. Ook de leerlingen zelf laten werken! Hierdoor is het verbonden met het activiteitsprincipe. Er moeten genoeg tussenstappen zijn, maar toch moet er tempo blijven zodat de leerlingen zich niet gaan vervelen.

- van bekend naar nieuw:

Aanknopen bij de voorkennis van de leerlingen of een situatie uit de eigen leefwereld. Hier is dus een duidelijke verwijzing naar het verkennen van de beginsituatie.

- van bijzonder naar algemeen:

Dit is vergelijkbaar met het inductief werken: men begint met een concreet voorbeeld en gaat het daarna veralgemenen. Hierbij is het belangrijk dat de leerlingen zelf kunnen ontdekken. Ook de keuze van het concrete voorbeeld is van essentieel belang, het mag geen uitzondering zijn op de algemene regel.

Voor extra info zie: https://prezi.com/zc8vrn_ifi-s/het-geleidelijkheidsprincipe/


Het aanschouwelijkheidsprincipe

Het aanschouwelijkheidsprincipe


Het aanschouwelijkheidsprincipe is er om het onderwijs ervaringsgericht te maken en de leerinhouden zo zintuiglijk mogelijk waarneembaar te maken. Dit maakt het voor de kinderen duidelijker waarover het echt gaat en helpt ze onthouden.
Een belangrijk aspect hierin is het CSA-principe.








Het CSA-principe: 
- 1ste fase: de concrete fase
De leerlingen zien in eigen hand hoe een appel er vanbinnen uitziet.
vb. De leerlingen brengen een appel mee naar school. We snijden hem in 2 en verdelen de stukken. Ze zien het klokhuis.


-2de fase: Schematische fase
Het tekenen en aanduiden van de onderdelen van de appel.
De leerlingen tekenen de structuur over en benoemen de pijltjes de verschillende deeltjes. vb. Schil, kroontje, pitjes, steeltje,…
-3de fase: de abstracte fase
Enkel de begrippen worden nog gebruikt, geen voorstelling meer.
vb. De leerlingen doen een quiz over de appel.


Het activiteitsprincipe

Het activiteitsprincipe?

Het moet niet altijd horen, zien en zwijgen zijn, maar het kan ook op een leuke en actieve manier. Kinderen kunnen ook op een spelende manier leren, hiervoor worden zowel motorische als denkactiviteiten ingeschakeld. 

Waarom?
Kinderen hebben behoefte aan activiteit om goed te kunnen ontwikkelen zowel op psychologisch als motorisch gebied.


Voorbeelden

Letterlopen
Hierbij leren de kinderen op een actieve manier letters vormen.
Een leerling krijgt een letter opgelegd die hij/zij moet aflopen. Het is de bedoeling dat de andere kinderen volgen en proberen te raden welke letter gelopen werd.
Wanneer dit goed lukt, kan je beginnen met korte woordjes i.p.v. letters.




Woordenboek
Wanneer leerlingen een moeilijk woord niet zelf te verklaren, laat ze het dan zelf opzoeken in een woorden boek. Op deze manier ontwikkelen ze de drang om door te zetten en niet op te geven wanneer iets niet meteen lukt.


De denkactiviteit van de leerlingen stimuleren
Werk niet te lang klassikaal want dan loop je het gevaar dat slechts enkele leerlingen actief meewerken. Laat de leerlingen liever eens individueel of in groepjes werken zodat elke leerling actief kan bezig zijn. Op die manier wordt het ook makkelijker om de leerlingen te controleren en te zien of ze de leerstof goed beheersen.



Het motivatieprincipe


Het motivatieprincipe


Motivatie is niet direct waarneembaar. Je kan het niet observeren, maar moet het afleiden uit observeerbaar gedrag. Het is belangrijk dat de leerling wil leren, maar nog belangrijker is dat de leerling gemotiveerd is om datgene te doen wat nodig is om iets te leren.

Motivatie hangt niet enkel af van de leerlingen zelf, maar de leerkracht moet ook gemotiveerd zijn, hij moet geboeid zijn in wat hij geeft om de leerlingen te kunnen motiveren.
Leerkrachten proberen aan te sluiten bij de motivatie van kinderen of proberen de motivatie aan te wakkeren. Dit doen ze vooral door te kijken naar de leefwereld van de leerlingen ( bv. Les over reclame --> een reclamefolder van speelgoed laten meebrengen)

Leerlingen motiveren kun je door ze te laten werken met echt materiaal dat ze dan ook echt mogen vastnemen ( concreet werken), ook inductief te werk gaan helpt om je klas gemotiveerd te houden. Om een goede motivatie aan te houden is het ook goed om te variëren in didactische werkvorm, de nieuwsgierigheid van je leerlingen aan te wakkeren door de les te starten met een idee of een probleemstelling, af en toe een bewegingstussendoortje te organiseren en op de gepaste tijden eens feedback te geven.

De motivatie kan natuurlijk ook negatief beïnvloed worden doordat de leerkracht niet differentiërend werkt of niet enthousiast lesgeeft. Te hoge eisen stellen of juist te lage eisen stellen werkt ook niet motiverend.


Wat zijn didactische principes?

Kenmerken die vrijwel in elke lessituatie wenselijk zijn om na te streven.
Voorwaarden om tot zinvol, boeiend en duurzaam leren te komen.


Didactische principes zijn grondbeginselen, krachtlijnen of algemene voorschriften in verband met didactisch handelen. Het zijn zeer algemene principes die men moet in acht nemen bij het uitwerken van een les. Bij het bepalen van de didactische werkvormen, de doelstellingen, de leerinhouden, media en evaluatie, moet je rekening houden met deze principes.

Didactische principes zijn geen concrete, directe aanduidingen in verband met de methode, maar wel richtlijnen die men in het oog moet houden als men effectief en efficiënt wil werken. Men kan didactische principes ook zien als normen of criteria waaraan men een les kan beoordelen.



In dit opleidingsonderdeel zullen jullie kennismaken met deze didactische principes:
        Motivatieprincipe
        Activiteitsprincipe
        Aanschouwelijkheidsprincipe
        Individualisatieprincipe
        Geleidelijkheidsprincipe